Akkerbouw
Algemeen
Dieren
Economie
Markten
Mechanisatie
Milieu
Politiek
Tuinbouw
Veehouderij
Voeding
Inloggen
 
 
 
Klik hier om u te registreren en te abonneren
(72,60 euro per jaar)
 
Wachtwoord vergeten

 30 apr 2025 09:30 

Gebruik van de pesticide glyfosaat


Vraag om uitleg over het gebruik van de pesticide glyfosaat
van Mieke Schauvliege aan minister Jo Brouns

Vraag om uitleg over de gevolgen voor de gezondheid van het gebruik van glyfosaat
van Bieke Verlinden aan minister Jo Brouns

De voorzitter

Mevrouw Schauvliege heeft het woord.

Mieke Schauvliege (Groen)

Minister, glyfosaat blijft superpopulair bij landbouwers, ook in België. In de Verenigde Staten legde een rechtbank een producent dan weer een miljardenboete op na een klacht van een gebruiker die kanker kreeg. Dat het veilig is, is nooit bewezen.

Als we de cijfers van de glyfosaatverkoop in België bekijken, dan stellen we vast dat er in 2023 ongeveer 500 ton werkzame stof glyfosaat is verkocht. Dat is – en dat is zeer merkwaardig – nauwelijks minder dan tien jaar geleden. Nochtans is het gebruik van bestrijdingsmiddelen door openbare besturen in Vlaanderen sinds 2015 verboden. Glyfosaat was een van de bestrijdingsmiddelen die zij vaak gebruikten. Sinds 2018 is het gebruik van glyfosaat door particulieren verboden. En toch blijft dat verbruik hetzelfde. Alles lijkt er dus met andere woorden op dat er meer glyfosaat wordt gebruikt door de professionele landbouwsector dan tien jaar geleden.

Er zijn wel goede redenen om aan te nemen dat glyfosaat sporen achterlaat in het menselijk lichaam. Uit meerdere studies blijkt dat de stof zich opstapelt in nieren, lever en darmen. Recente studies wijzen erop dat glyfosaat en producten die glyfosaat bevatten, de nierfunctie verstoren en het risico op chronische nierproblemen vergroten. En de stof zou ook een grote impact hebben op de darmflora. Kortom, gezond is het zeker niet. Het gebruik zou echt moeten worden ontmoedigd.

Minister, wat is uw reactie op deze cijfers? Wat is de reden dat glyfosaat meer gebruikt wordt door landbouwers dan tien jaar geleden?

Welke initiatieven werden er in het verleden genomen om het gebruik van glyfosaat te verminderen? Welke initiatieven plant u nu te nemen om het gebruik van glyfosaat te verminderen?

De voorzitter

Mevrouw Verlinden heeft het woord.

Bieke Verlinden (Vooruit)

Minister, collega’s, in deze periode kleuren onze Vlaamse velden opvallend oranje. Dat is geen teken van de lente en ook geen reclamestunt voor een bepaalde politieke partij, veronderstel ik. Het is wel vanwege het feit dat het wijdverspreide gebruik van glyfosaat toch nog altijd heel erg ingang vindt op onze Vlaamse velden. Een stof die wereldwijd, maar ook in Vlaanderen, op grote schaal wordt gebruikt, terwijl de gezondheidsrisico’s alsmaar duidelijker worden. Dat heeft alles te maken met het gebruik van Roundup, de controversiële onkruidverdelger die glyfosaat bevat. Glyfosaat wordt wereldwijd door miljoenen landbouwers gebruikt om hun gewassen te beschermen tegen onkruid. In België wordt er jaarlijks zo’n 500 ton glyfosaat op de velden gespoten.

Het Internationaal Agentschap voor Kankeronderzoek (International Agency for Research on Cancer of IARC) noemt glyfosaat “waarschijnlijk kankerverwekkend”. In de Verenigde Staten lopen tienduizenden rechtszaken tegen producenten van glyfosaat. Enkele weken geleden – collega Schauvliege verwees er ook naar – werd Bayer nog veroordeeld tot een schadevergoeding van 2,1 miljard dollar aan een man die kanker kreeg door blootstelling aan Roundup. Studies linken glyfosaat bovendien aan aandoeningen zoals parkinson en alzheimer. En toch wordt deze stof nog altijd massaal gebruikt op onze velden, waar het dan in andere landen, zoals Duitsland en Oostenrijk, wel wordt ingeperkt of zelfs verboden. Wij lijken te wachten – ik weet niet waarop: misschien meer zieke mensen, meer onherstelbare natuurschade of meer rechtszaken, zoals in de Verenigde Staten?

Minister, ik denk echt dat we moeten leren uit het verleden. We hebben gezien hoe het jaren duurde voordat PFAS werd erkend als gevaarlijk, terwijl het zich ondertussen opstapelde in ons milieu en in onze lichamen. We hebben gezien hoe de asbestindustrie decennialang twijfel zaaide om strengere wetgeving tegen te houden. Laat ons die historische fouten absoluut niet opnieuw herhalen.

Het regeerakkoord voorziet de opmaak van een actieplan rond zeer zorgwekkende stoffen (ZZS). Uw eigen pesticidenplan stelt dat die stoffen tegen 1 januari 2026 verboden moeten worden. De vraag is dus heel eenvoudig: zal glyfosaat op die lijst staan?

Dit is geen academische discussie, dit gaat over de gezondheid van onze landbouwers, de consumenten en iedereen die in aanraking komt met deze stof. Dit gaat over de vraag of we echt het voorzorgsprincipe hanteren dan wel of we risico’s gaan blijven nemen met onze volksgezondheid. Minister, u hebt de kans om een duidelijke keuze te maken, niet over één jaar, niet wanneer het te laat is, maar nu. Als we echt werk willen maken van een gezonde en duurzame toekomst, dan is er immers maar één logische conclusie: glyfosaat heeft geen plaats meer in Vlaanderen.

De voorzitter

Minister Brouns heeft het woord.

Minister Jo Brouns

Dank u wel, collega’s. De beoordeling en toelating van gewasbeschermingsmiddelen is, zoals jullie weten, een federale bevoegdheid en verantwoordelijkheid.

De gebruikscijfers waar u naar verwijst, zijn in feite geen cijfers van gebruik, maar zijn de verkoopcijfers van producten die glyfosaat als werkzame stof bevatten. Deze verkoopcijfers worden op federaal niveau geïnventariseerd en beschikbaar gesteld via fytoweb.be. Het betreffen verkoopcijfers op Belgisch niveau.

Als ik het lopende driejarige gemiddelde bereken van deze federale verkoopcijfers, dan stel ik vast dat ten opzichte van de referentieperiode 2011-2013, in 2023 het gemiddelde verkoopcijfer van glyfosaathoudende producten met 14 procent afgenomen is. Deze afname volledig toewijzen aan het feit dat er geen toelatingen meer beschikbaar zijn voor particulieren en/of het feit dat dergelijke producten niet meer op het openbaar domein gebruikt mogen worden, is te kort door de bocht. Zo wordt in de verschillende regio’s voorlopig nog steeds jaarlijks een ontheffing verleend aan Infrabel om glyfosaathoudende producten in te zetten bij de onkruidbestrijding op de balastbedding van de spoorwegen. In Vlaanderen kunnen bij particulieren via het inschakelen van een professionele groenvoorziener ook nog professionele glyfosaatproducten ingezet worden.

Wat de evaluatie van de schadelijkheid van glyfosaat voor de gebruiker, de omstaander en de consument betreft, hanteert de Europese Commissie een toelatingsbeleid dat zeer gedetailleerd en veeleisend is, zowel inzake aan te leveren data als te respecteren criteria.

Het voorbije decennium werden de werkzame stof op Europees niveau en de handelsproducten op Belgisch niveau door onafhankelijke experten verschillende malen geëvalueerd en werd er door hen geoordeeld dat een veilig gebruik nog te verantwoorden valt. Ik ben ervan overtuigd dat het Europese toelatingsbeleid van gewasbeschermingsmiddelen die veiligheid garandeert, en ook moet garanderen.

In die context verwijs ik graag naar de website van de FOD Volksgezondheid, waar het dossier rond glyfosaat continu actueel wordt gehouden en beschikbaar gesteld. Aan de hand van een groot aantal scherpe, maar pertinente vragen, geeft de FOD Volksgezondheid een allesomvattend beeld van de gehanteerde methode tot risico-evaluatie en de resultaten die deze oplevert.

Wat het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen door land- en tuinbouwers betreft, stel ik via het huidige gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) heel wat stimulerende en ondersteunde maatregelen ter beschikking om het gebruik ervan op zich, of het risico verbonden aan het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen, te reduceren. Dit zijn maatregelen die generiek inwerken op het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen binnen de landbouwsector. Ik geef enkele voorbeelden.

Er is de steun voor ecoregelingen en agromilieuklimaatmaatregelen, met onder andere: ondersteuning van de biologische landbouw; het toepassen van mechanische onkruidbestrijding; het toepassen van precisietoepassingstechnieken voor gewasbeschermingsmiddelen; de aanleg van grasbufferstroken langs een kwetsbaar landschapselement of een waterloop; de aanleg van meerjarige bloemenstroken in fruitplantages. Er is ook de steun vanuit het Vlaams Landbouwinvesteringsfonds (VLIF), onder andere voor productieve en niet-productieve investeringen, waaronder machines voor mechanische onkruidbestrijding en machines voor innoverende en geavanceerde spuittechnieken.

Daarnaast kan ik er u ook op wijzen dat binnen de verschillende deelsectoren de Vlaamse landbouw- en praktijkcentra, het Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek (ILVO) en universiteiten, continu geavanceerd onderzoek verrichten om alternatieve beheersings- en bestrijdingstechnieken te identificeren en te ontwikkelen. Ze doen daarnaast ook inspanningen om het risico bij het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen verder te reduceren. De Vlaamse overheid ondersteunt deze werking via onder andere de basisfinanciering van de landbouw- en praktijkcentra en het ter beschikking stellen van specifieke onderzoeksfondsen, zoals de VLAIO-LA-trajecten (Agentschap Innoveren en Ondernemen-landbouwtrajecten); onder de bevoegdheid van collega Diependaele.

In het kader van geïntegreerde gewasbescherming (integrated pest management of IPM) die wij aan landbouwers opleggen om tot een verantwoord en correct gebruik van gewasbeschermingsmiddelen te komen, is de afgelopen jaren de focus op het vermijden van drift sterk aangescherpt.

De voorzitter

Mevrouw Schauvliege heeft het woord.

Mieke Schauvliege (Groen)

Minister, ik hoor u dus heel duidelijk zeggen dat u niet van plan bent om het gebruik van glyfosaat te verbieden. Maar ik stel toch nog eens de vraag: bent u op termijn bereid om het gebruik van glyfosaat te verbieden, alleen al als voorzorgsmaatregel? Er is heel veel discussie over. De impact op de gezondheid is er.

Ik heb u heel veel maatregelen horen opsommen, maar in het pesticidenplan staat dat er een onderzoek opgestart zou worden naar de impact van het gebruik van bestrijdingsmiddelen op de Vlaamse natuur en de te behalen Europese doelen, en dat op basis van dat onderzoek de nodige processen zouden worden opgestart. Volgens het pesticidenplan zou dat traject in 2025 worden opgestart. Is dat al opgestart? Het lijkt me wel heel belangrijk dat dat gebeurt. Hoe zit het met dat traject? Wat is daarvan al opgestart? Welke maatregelen zult u daarrond nemen?

De voorzitter

Mevrouw Verlinden heeft het woord.

Bieke Verlinden (Vooruit)

Minister, ik hoor u ook verwijzen naar het Vlaams Actieplan Duurzaam Pesticidengebruik en de Europese richtlijnen, maar laat ons duidelijk zijn: dat actieplan bevat geen verbod op glyfosaat. Vlaanderen focust dus op reductie, bewustmaking, monitoring, maar andere landen gaan veel verder. Oostenrijk verbood glyfosaat. Duitsland legde veel strengere beperkingen op. Ik vraag me dan af waarom Vlaanderen niet meer ambitie zou tonen. Glyfosaat is een zeer zorgwekkende stof. We weten dat het zich opstapelt in onze lichamen, in de lever, in de darmen, in de nieren, zoals daarnet ook al aangehaald. We weten dat tienduizenden landbouwers wereldwijd schadeclaims indienen tegen deze producten en tegen deze producenten. We weten dat Bayer al voor miljarden euro’s aan boetes heeft moeten betalen voor de gezondheidsrisico’s van Roundup. Ik vraag me af waarop we wachten.

Minister, het voorzorgsprincipe zegt heel duidelijk dat je ingrijpt als er ernstige risico’s zijn, nog voor je voor 100 procent consensus hebt bereikt. Dat deden we uiteindelijk bij asbest, bij PFAS, maar telkens te laat. Laten we die fout dus niet opnieuw maken. Ik vraag u dus opnieuw: bent u bereid om glyfosaat te erkennen als zeer zorgwekkende stof en het tegen 2026 te verbieden, zoals het regeerakkoord bepaalt? Bent u bereid om, net als andere landen, extra beperkingen op te leggen, zeker in kwetsbare gebieden zoals drinkwaterzones? Collega’s, als we immers hier vandaag het voorzorgsprincipe niet hanteren, dan nemen we bewust risico’s met de gezondheid van de mensen.

De voorzitter

De heer Dochy heeft het woord.

Bart Dochy (cd&v)

Dank u wel, minister. Beste collega’s, het is natuurlijk altijd nobel om het gebruik van pesticiden, herbiciden, gewasbeschermingsmiddelen tot een minimum te beperken. Ik sta voor 100 procent achter de bedoeling. Als we de evolutie van de jongste jaren zien, is het aantal actieve stoffen die hun erkenning behielden, voor een stuk verminderd. Er zijn wel nieuwe producten bij gekomen, die sowieso beter afbreekbaar zijn. Ik denk dat iedereen het daarover eens is. Het is inderdaad belangrijk dat men telkenmale zoekt naar alternatieven die teelttechnisch als vervanger voor het gebruik kunnen dienen.

Wat glyfosaat betreft: in de praktijk zie ik toch wel dat er in het voorjaar veel minder van die oranje velden zijn, zoals de collega het schetste, dan vroeger. Er zijn immers nieuwe technieken van mechanische verwijdering van groenbemesters. Waar men die groenbemesters vroeger standaard doorspoot, gaat men nu met schijveneggen en andere technieken in verschillende bewerkingen het gebruik van glyfosaat tot een minimum beperken, ook wegens de kostprijs, wat ook niet onlogisch is. Maar op bepaalde momenten is het toch wel nodig, zeker ook voor, bijvoorbeeld, de plekgewijze bestrijding van de distel in graslanden.

Minister, collega’s, ik heb een quizvraagje: wie is de grootste gebruiker van glyfosaat in ons land? Het antwoord is: Infrabel. Infrabel gebruikt vandaag heel veel glyfosaat. Als argument daarvoor wordt de veiligheid van de spoorgebruikers gebruikt, van de treinbestuurders en van de mensen die de sporen oversteken. Minister, voor mij geen probleem, maar hebt u al een gesprek gevoerd met de mensen van Infrabel om te zien in welke mate dat voor hen belangrijk is en of zij ook een mogelijkheid zien om alternatieven in te zetten?

De voorzitter

De heer Claes heeft het woord.

Bart Claes (Vlaams Belang)

Is het schadelijk of niet? Daar is nog geen heel duidelijk antwoord op, maar ik denk dat we uiteraard het best voorzichtig zijn. Dat lijkt me logisch. Het is dan ook goed dat er wordt gekeken naar alternatieven, minister, ook door onze landbouwers. Ik denk dat die trouwens wel een pluim verdienen omdat ze er op dit ogenblik al vrij verantwoord mee omspringen als je het vergelijkt met andere landen in Europa. Ik denk dat dat wel mag worden gezegd.

Collega Schauvliege, ik vind het ook een beetje jammerlijk dat u hier zo van leer trekt tegen het gebruik van Roundup, terwijl, zoals de collega net heeft gezegd, de grootste gebruiker in dit land Infrabel is om de sporen vrij te houden, ook gedurende de vorige federale legislatuur, toen een groene minister bevoegd was voor de spoorwegen, de heer Gilkinet van Ecolo, van de één-en-ondeelbare fractie in de Kamer Groen-Ecolo. Alle aankondigingen ten spijt is daar toen ook niets aan gebeurd en is er niets veranderd aan het gebruik van glyfosaat voor het schoonhouden van onze sporen, die toch ook dicht bij bewoning liggen en dus ook voor contaminatie van burgers kunnen zorgen. Ik vind die vraagstelling dus een beetje hypocriet op dit moment.

De voorzitter

Minister Brouns heeft het woord.

Minister Jo Brouns

Collega's, zoals ook in mijn eerste antwoord gezegd, volg ik hier Europa. Europa is hier de gids op het vlak van de gewasbeschermingsmiddelen. Zij controleren heel actief alle stoffen die worden gebruikt. Zoals collega Dochy zegt, worden er vandaag meer actieve stoffen uit de handel en uit productie genomen dan dat er nieuwe bij komen. Er wordt dus bijzonder kritisch naar gekeken. Een correct gebruik is natuurlijk ook belangrijk. De veiligheid wordt op die manier maximaal gewaarborgd.

In ons Vlaams Actieplan Duurzaam Pesticidengebruik zal er altijd de nodige aandacht naartoe gaan. Ik heb ook verwezen naar de verschillende alternatieven waar we vandaag op inzetten als het gaat over het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen. Wat dat betreft, collega's, zal ik altijd het Europese kompas volgen als het gaat over de Vlaamse toepassing. Europa monitort de verschillende gewasbeschermingsmiddelen, en het federale niveau verbiedt ze. Wij gaan over het gebruik. Het is belangrijk om dat nog eens onder de aandacht te brengen. We zullen dat heel nauwgezet blijven opvolgen.

Wat uw concrete vraag betreft: het traject om de impact van pesticiden op natuur te kunnen onderzoeken, wordt ook meegenomen. Het is belangrijk om te benadrukken dat het regeerakkoord wel degelijk spreekt over een Vlaams Actieplan Duurzaam Pesticidegebruik, waar wij werk van maken. Daarin staat niet dat wij nu glyfosaat zouden gaan verbieden. (Opmerkingen van Bieke Verlinden).

Ik kan alleen maar herhalen dat ik daar het Europese beleid wil volgen en dat dat mits correct gebruik en veilige omstandigheden moet kunnen.

De voorzitter

Mevrouw Schauvliege heeft het woord.

Mieke Schauvliege (Groen)

Minister, dit is een zeer ontgoochelend antwoord. Eigenlijk hoor ik u weinig ambitie uitspreken op het vlak van het gebruik van glyfosaat. We stellen vast dat er meer glyfosaat wordt verkocht in België en dat het gebruik in de landbouwsector toegenomen is in plaats van afgenomen, want er zijn nog maar een aantal gebruikers. U bent verantwoordelijk voor het gebruik van bestrijdingsmiddelen in Vlaanderen. U kunt daar paal en perk aan stellen. Daarvoor hebt u een pesticidereductieplan en daarmee kunt u perfect het gebruik van glyfosaat aan banden leggen en zelfs verbieden. Maar ik stel vast dat u niet inzit met de gezondheid van de burgers en dat u opnieuw op vraag van de landbouwsector het gebruik van glyfosaat gewoon verder toelaat. Ik vind dat een zeer jammere zaak. Ik zou verwachten dat een minister van een partij die rentmeesterschap vooropstelt en die zorg moet dragen voor onze planeet, het voorzorgsprincipe als een heel hoog goed nastreeft en hoog in het vaandel draagt.

De voorzitter

Mevrouw Verlinden heeft het woord.

Bieke Verlinden (Vooruit)

Het klopt dat dat momenteel nog niet op die lijst staat, maar er staat wel in het regeerakkoord dat u de opmaak voorziet van een actieplan rond zeer zorgwekkende stoffen. We hebben vandaag een debat gevoerd over onze verantwoordelijkheid om gezondheid boven economische belangen te plaatsen, de verantwoordelijkheid om lessen te trekken uit het verleden. Minister, u kunt verwijzen naar lopend onderzoek en monitoring, maar het voorzorgsprincipe betekent dat we niet mogen wachten tot het kalf verdronken is. Het betekent dat we handelen vóór we glyfosaat in de longen van elke Vlaming kunnen gaan beginnen te meten. Kijk bijvoorbeeld naar PFAS. Jarenlang werd er gezegd dat er geen volledig wetenschappelijk bewijs was. Kijk naar asbest. De industrie heeft decennialang twijfel gezaaid, en nu betalen we de prijs van het gebrek aan moed. Laat ons die historische fout niet herhalen.

Ik roep u daarom op om verder te gaan dan enkel monitoring en reductie. Andere Europese steden en vooral landen gaan verder, zoals ik daarnet heb gezegd. Kijk naar Oostenrijk, kijk naar Duitsland. Zorg voor een verbod op glyfosaat tegen 2026. Neem het op in uw actieplan. Bescherm kwetsbare gebieden nu al en neem eindelijk duidelijk stelling voor de volksgezondheid. Want, collega's, volksgezondheid is een Vlaamse bevoegdheid. Wat weerhoudt ons om een ambitieuzer pad te kiezen?

De voorzitter

De vragen om uitleg zijn afgehandeld.

 

 


  Nieuwsflash
 
Bestrijden van voedselverspilling Lees meer
 
 
Werking van het team van gemachtigde faunabeheerders Lees meer
 
 
Gebruik van de pesticide glyfosaat Lees meer
 
 
PAS-referentie 2030 Lees meer
 
 
Restaurant Léa Linster en Maison Colette bekroond met twee Sterren in de MICHELIN Gids België en LuxLees meer
 
 
Waterbeleid Vlaanderen: droogte, overtromingsgevoelige gebieden, Lees meer
 
 
Verkenning kansrijke exportmarkten voor dierlijke mest NLLees meer
 
 
15 nieuwe Bib Gourmand restaurants in de MICHELIN Gids België en Luxemburg 2025Lees meer
 
 
Leden vakjury PotatoEurope 2025 Innovation Award bekend Lees meer
 
 
Uiterste indieningsdatum verzamelaanvraag nadert snel Lees meer
 
 
Landbouwconjunctuur stijgt naar hoogste niveau sinds 2017 Lees meer
 
 
Verzamelaanvraag 2025 en impact van het gewijzigd MestdecreetLees meer
 
 
Erkenning overstroming van 2-5 januari 2024 als ramp Lees meer