De voorzitter
De heer Sintobin heeft het woord.
Stefaan Sintobin (Vlaams Belang)
Minister, ik weet niet of u naar de Landbouwbeurs van Libramont bent geweest. Ik ben er zelf wel naartoe geweest. Ik vond het wel heel indrukwekkend, moet ik zeggen. Ik zal er zeker nog naartoe gaan. Het is trouwens spijtig dat wegens een ordonnantie van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest het blijkbaar verboden is om dieren op Agribex te plaatsen. Dat is een heel spijtige evolutie. Maar ik weid uit.
Tijdens de Landbouwbeurs van Libramont heeft de federale minister van Klimaat Jean-Luc Crucke aangekondigd dat hij samen met zijn federale collega van Landbouw Clarinval zou werken aan de oprichting van een Klimaat-Landbouwalliantie. Deze alliantie zou de samenwerking tussen de landbouwsector en de klimaatsector moeten versterken om gezamenlijke en duurzame oplossingen te vinden voor de ecologische, economische en sociale uitdagingen waarmee landbouwers worden geconfronteerd.
Minister, ik denk dat klimaatmaatregelen voor de landbouwsector hoofdzakelijk gewestelijke bevoegdheden zijn en dat in Vlaanderen wordt gewerkt met een klimaatcatalogus voor land- en tuinbouwbedrijven.
Wat is uw visie op deze federaal aangestuurde Klimaat-Landbouwalliantie en ziet u geen strijdigheden met de bevoegdheidsverdeling? Ik herinner mij dat ik een paar maanden geleden ook al eens een vraag gesteld heb over een initiatief van Jean-Luc Crucke dat eigenlijk bevoegdheidsoverschrijdend was.
Hebt u als Vlaamse minister overleg gehad met uw federale collega’s over dit initiatief? Wat is daarvan het resultaat?
Welke rol ziet u weggelegd voor de Vlaamse landbouwsector binnen een dergelijk initiatief? Hoe kan de Vlaamse Regering ervoor zorgen dat landbouwers concreet kunnen profiteren van een eventuele samenwerking tussen landbouw- en klimaatbeleid?
Hoe bewaakt de Vlaamse Regering dat dit initiatief niet leidt tot bijkomende administratieve lasten en kosten voor onze tuinbouwers?
In de Beleidsnota Landbouw en Tuinbouw 2024-2029 pleit u voor de erkenning en toelating van genetisch gemodificeerde organismen en de crispr-Cas-technologie (clustered regularly interspaced short palindromic repeats). Het doel hiervan is om gewassen resistenter te maken tegen klimatologische veranderingen en het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen te verminderen. Is daarover goed nieuws te melden?
De voorzitter
Minister Brouns heeft het woord.
Minister Jo Brouns
Zoals we ook op zijn eigen website kunnen lezen, kondigde federaal minister van Klimaat Jean-Luc Crucke ter gelegenheid van de Landbouwbeurs van Libramont aan dat hij zijn federale collega van Landbouw, David Clarinval, zal voorstellen om na de zomer te werken aan de oprichting van een Klimaat-Landbouwalliantie. Deze alliantie zou tot doel hebben de samenwerking tussen de landbouwsector en de klimaatsector te versterken om gezamenlijke en duurzame oplossingen te vinden voor de ecologische, economische en sociale uitdagingen.
Ik ben voor alle duidelijkheid verder nog niet gecontacteerd of daarbij betrokken. Laat dat duidelijk zijn. Maar ik sta wel positief tegenover dat initiatief. Klimaatverandering is een probleem dat elk niveau raakt. Zowel de verantwoordelijkheid als de weerbaarheid van de landbouwsector worden dan ook beter op elk niveau bekeken. In het Vlaams Energie- en Klimaatplan neemt elke sector zijn rol en verantwoordelijkheid op. Dat doet de landbouwsector ook. Samenwerking, zowel voor mitigatie als adaptatie, is een goede zaak.
Ook op Europees niveau zijn er door de Europese Commissie al initiatieven gestart voor het uitwisselen van informatie over potentiële landbouwmitigatiemaatregelen. Dat kan een gelijkaardige evenknie krijgen op het federale niveau.
Bij het uitvoeren van de klimaatplannen zal het garanderen van het level playing field immers een belangrijk aandachtspunt zijn. Voldoende afstemming is op dat vlak dan ook van groot belang.
Een dergelijke alliantie zal ervoor zorgen dat die afstemming niet ontbreekt. Dit kan gaan over bestaande beleidsinstrumenten, zoals fiscale investeringsaftrek en tarieven op energiegebruik, of over afspraken van brancheorganisaties zodat ze in de verschillende gewesten dezelfde doelen nastreven als het gaat over klimaat, zowel qua maatregelen als de monitoring ervan.
De Vlaamse land- en tuinbouwsector kan binnen structuren als bijvoorbeeld brancheorganisaties die regio-overschrijdend zijn, ijveren om haalbare maatregelen binnen de specifieke subsectoren in te voeren. Ik denk hierbij bijvoorbeeld aan de maatregelen van het Convenant Enterische Emissies Rundvee of het recent afgeklopte keuzepakket in het kader van het Vlaams Energie- en Klimaatplan, waar al naar is verwezen.
Ook wat betreft klimaatadaptatie kunnen we maar beter goed afstemmen. Immers, de gevolgen van de klimaatverandering stoppen niet aan de grens met het Waalse Gewest.
Tot slot wil ik nog antwoorden op uw vraag omtrent nieuwe genomische technieken als crispr-Cas. Het voorstel van Europese verordening die het gemakkelijker zou maken voor het op de markt brengen van dergelijke planten, is nog steeds in onderhandeling tussen de Raad van de Europese Unie en het Europees Parlement. Ik hoor dat er een nieuwe trialoog gepland staat in oktober. Het Deens Raadsvoorzitterschap trekt in elk geval sterk aan dit dossier.
De voorzitter
De heer Sintobin heeft het woord.
Stefaan Sintobin (Vlaams Belang)
Minister, ik begrijp dat er soms wel eens over bepaalde zaken een overleg moet gebeuren tussen de gewesten en dergelijke. Ik heb daar geen enkel probleem mee, maar ik vind het toch wel vreemd dat een federale minister een initiatief lanceert zonder dat u daarbij betrokken bent, want u hebt in uw antwoord gezegd dat u daar nog niet van op de hoogte werd gebracht en dat u zelfs nog niet voor overleg bent gegaan. Dat is niet de eerste keer dat de federale minister probeert om bevoegdheden die louter Vlaamse bevoegdheden zijn, naar zich toe te trekken. Ik vind dat dit niet kan. Ik vind dat u op uw strepen moet staan. Het verbaast me trouwens dat u dan zelf geen initiatief neemt om te vragen aan de federale minister over wat die Klimaat-Landbouwalliantie precies gaat en dat hij, als hij dat wil lanceren, dan alstublieft ook het Vlaamse Gewest daarbij betrekt.
Ik vind dat dit niet kan. Klimaatbeleid is Vlaamse bevoegdheid. Landbouwbeleid is Vlaamse bevoegdheid. Het gaat allemaal over gewestelijke bevoegdheden. Ik vind trouwens dat alle bevoegdheden inzake landbouw en dergelijke sowieso naar het Vlaamse Gewest zouden moeten komen. Dan zouden wij daar ineens van af zijn.
Ik vind dit bijzonder ernstig. U kunt misschien doen alsof dit maar een detail is, maar ik vind dit ernstig, namelijk een federale minister die zich Vlaamse bevoegdheden toe-eigent. Ik vind dat het aan u is, als minister van Landbouw, om daarop te reageren en niet om te zeggen dat we misschien wel eens een keer samen in overleg zullen gaan en dat het niet stopt aan de grenzen. Ik weet dat allemaal wel. Maar respect voor ieders bevoegdheden is toch heel belangrijk in dit land. Ik weet dat er hier in de zaal een aantal mensen zijn die bepaalde bevoegdheden willen herfederaliseren. Wij althans niet. Ik vind dat u op uw strepen moet staan, en u doet dat vandaag niet.
De voorzitter
Minister Brouns heeft het woord.
Minister Jo Brouns
Voor mij is het duidelijk, collega Sintobin. In die zin moet u zich niet te veel zorgen maken. Ik denk dat wanneer de federale minister, de heer Crucke, daar een ernstig verhaal van wil maken, hij het zal moeten doen met de regels. Doet hij dat niet, dan zal dat een zwakke alliantie zijn en zal dat als het ware een lege doos of een doodgeboren kind zijn.
De voorzitter
De heer Sintobin heeft het woord.
Stefaan Sintobin (Vlaams Belang)
Met dat laatste ben ik akkoord, natuurlijk.
De voorzitter
De vraag om uitleg is afgehandeld.