‘Het stikstofakkoord zoals het nu voorligt, is onzorgvuldig beleid en discriminerend’, zegt advocaat Walter Van Steenbrugge. Hij heeft op vraag van de vzw Verenigde Veehouders alles al in stelling gebracht om het akkoord, zodra het in een decreet wordt gegoten, aan te vechten voor het Grondwettelijk hof.
De Vlaamse regering sloot in februari een akkoord met strenge maatregelen voor de landbouw, de belangrijkste binnenlandse uitstoter van stikstof. Naast een rode lijst van een veertigtal bedrijven die tegen 2025 moeten sluiten, voorziet het akkoord onder meer in een lijst van een 120-tal bedrijven die de kans krijgen tegen een vergoeding vrijwillig te stoppen plus doelen voor uitstootreductie voor de landbouwbedrijven. Dat akkoord omzetten in een decreet is een van de eerste werven voor de regering-Jambon in het nieuwe jaar.
Het akkoord wordt al maanden onder vuur genomen door de BB en het Algemeen Boerensyndicaat, de klassieke vertegenwoordigers van de sector. Daar komt nu de actie van de vzw Verenigde Veehouders bij, met als bezielers dierenarts Peter De Swaef en rundveehouder Kris Bourdeaud’hui. De vzw zegt momenteel al steun te hebben van 130 landbouwbedrijven, maar ook van bedrijven uit aanverwante sectoren zoals de veevoedersector of de sector van landbouwmachines.
Die (financiële) steun is broodnodig, want procederen kost geld. De vzw wil geen lijst van ondersteunende (landbouw)bedrijven vrijgeven. ‘Uit vrees voor represailles van de overheid’, zegt De Swaef. Van Steenbrugge werkt met een team van drie mensen en doet daarnaast een beroep op een expertenteam van professoren. Behalve de Nederlandse professor Jaap Hanekamp, een criticaster van het Nederlandse stikstofbeleid, geeft ook Van Steenbrugge geen namen vrij.
Na de zowat 20.000 bezwaren op het stikstofakkoord heeft minister van Omgeving Zuhal Demir (N-VA) vlak voor het kerstreces een licht bijgestuurd plan op tafel gelegd, maar zowel zijzelf als minister-president Jan Jambon hebben al aangegeven dat niet aan de fundamenten van het plan van februari geraakt zal worden.
‘En die fundamenten zijn wankel’, zegt Van Steenbrugge. Zo hekelt hij dat bedrijven niet worden beoordeeld op basis van hun werkelijke uitstoot, maar op basis van een raming van hun uitstoot. Het plan is volgens hem ook niet evenwichtig omdat de landbouwsector onevenredig wordt geviseerd. ‘De ijver waarmee de belangengroepen van de industrie het decreet er snel door willen krijgen is ongezien’, zegt Van Steenbrugge. ‘De Vlaamse regering wil de landbouw de schuld geven van alles ten voordele van de industrie.’ Bovendien vindt hij het plan disproportioneel omdat onvoldoende alternatieven worden bekeken. Het plan schendt het gelijkheidsbeginsel en het universele recht op eigendom. ‘Alles is in stelling gebracht om meteen naar het Grondwettelijk Hof te trekken om het decreet te laten schorsen en vernietigen’, zegt Van Steenbrugge. ‘Tenzij de Vlaamse regering het geweer nog van schouder verandert. Wij staan open voor debat.’