In het kader van de bestrijding van de coronapandemie is er bijzondere aandacht voor de veiligheid van de huishoudhulpen aangezien de erkende ondernemingen gedurende de hele periode dat de maatregelen tegen de verspreiding van het coronavirus gelden, steeds actief zijn gebleven. De huishoudhulpen bevinden zich in een precaire positie aangezien zij zich van gezin naar gezin begeven en de gezinsleden, omwille van de bestrijdingsmaatregelen, vaker in huis zijn tijdens de dienstenchequeprestaties dan gewoonlijk.
Daarom werden er verschillende maatregelen getroffen: in samenspraak met de sector werden richtlijnen gepubliceerd en de verhoging van de tegemoetkoming voor erkende ondernemingen werd gekoppeld aan de naleving van veiligheidsmaatregelen in de dienstencheque-sector. Om de responsabilisering en sanctionering van de gebruikers effectiever te maken, beslist de Vlaamse Regering principieel de mogelijkheid tot uitsluiting van de gebruiker uit het stelsel en de mogelijkheden tot terugvordering van de subsidie bij de gebruiker uit te breiden. De uitsluiting van de gebruiker en de terugvordering, zijn mogelijk als hij tezamen met de erkende onderneming een inbreuk heeft gepleegd, als hij de dienstencheques gebruikt heeft voor fictieve of niet-toegelaten prestaties en als hij de maatregelen rond het indijken van de coronapandemie niet respecteert.
Deze uitsluiting kan maximaal een jaar duren bij een eerste inbreuk en tot vijf jaar bij herhaling.
Over dit voorontwerp van wijzigingsdecreet wordt nog advies gevraagd aan de SERV en aan de Raad van State.