Akkerbouw
Algemeen
Dieren
Economie
Markten
Mechanisatie
Milieu
Politiek
Tuinbouw
Veehouderij
Voeding
Inloggen
 
 
 
Klik hier om u te registreren en te abonneren
(72,60 euro per jaar)
 
Wachtwoord vergeten
Volgend artikelVolgend Artikel

 19 jun 2025 18:49 

Handhaving van de mestwetgeving


Vraag om uitleg over de handhaving van de mestwetgeving
van Marianne Verhaert aan minister Jo Brouns

De voorzitter

Mevrouw Verhaert heeft het woord.

Marianne Verhaert (Open Vld)

Minister, ik woon in de landelijke Kempen. Ik heb daar redelijk wat gesprekken met landbouwers, transporteurs en de betrokken sectorpartners. In die gesprekken komen er toch meerdere knelpunten naar voren in verband met de handhaving van de Vlaamse mestwetgeving, meer bepaald met betrekking tot het mestafzetdocument (MAD) en de staalnameprocedures.

Concreet rijzen er vragen bij de technische uitvoerbaarheid van de regelgeving. In de praktijk is het zo dat de samenstelling van de mest kan wijzigen, terwijl deze uit dezelfde mestkelder of vergister komt. De samenstelling van de mest is bijgevolg niet steeds constant. In Vlaanderen is het toegelaten om tot een maand na staalafname met eenzelfde mestafzetdocument te rijden. Aangezien in Vlaanderen geen verplichting bestaat om per vracht een staalafname te doen en op de analyseresultaten te wachten, wordt in de regelgeving de mogelijkheid gecreëerd dat er wordt gereden met een mestafzetdocument op basis van een analysestaal dat bijgevolg niet afkomstig is uit de vracht op dat moment zelf.

Waar in Nederland per transport een staal genomen en onmiddellijk geanalyseerd wordt, zitten we bij ons in Vlaanderen met een wachttijd van minstens zeven dagen. Snelle meetmethodes zoals indicatorstroken zijn bij ons niet beschikbaar of worden niet toegepast. Het gevolg is dat in Vlaanderen wordt gereden op basis van geldige MAD’s, maar zonder garantie dat deze effectief overeenkomen met de inhoud van de vracht. En dit aangezien de huidige Vlaamse regelgeving hiertoe geen verplichting omvat.

De Vlaamse Landmaatschappij (VLM) controleert de mestafzetdocumenten, maar ik krijg bijzonder veel berichten uit de sector dat er veel misnoegdheid is, aangezien iedere controle waarbij een afwijking wordt vastgesteld van de mestafzetdocumenten automatisch tot boetes leidt, en soms zelfs bijzonder hoge. Dit is toch frappant, aangezien er geen decretale verplichting is om een individueel staal te nemen en dus per vracht te analyseren. Zoals gesteld kan men, ook al zou men het willen, geen staal nemen per vracht en wachten op het analyseresultaat, aangezien dit bij ons één week op zich laat wachten.   

Mijn vraag is dus: hoe proportioneel is de handhaving van de VLM?

Verschillende actoren ervaren de aanpak van de VLM als formalistisch en sanctionerend, zonder oog te hebben voor de feitelijke onmogelijkheid om steeds aan alle technische vereisten te voldoen. Er is sprake van boetes voor landbouwers en transporteurs op basis van analyses die pas een week na het transport beschikbaar zijn, wat vragen oproept over de redelijkheid en rechtszekerheid. Daarnaast is er een gebrek aan transparantie en cijfers, want uit eerdere parlementaire vragen bleek dat er nauwelijks gegevens beschikbaar zijn over het aantal controles, de aard van de inbreuken of de opgelegde boetes. Dit bemoeilijkt een objectieve beoordeling van het beleid en de noden op het terrein, namelijk de afwezigheid van de snelle analysemogelijkheden.

Daarenboven worden de tekortkomingen inzake de mestafzetdocumenten aan verschillende partijen toegerekend, waaronder dus ook de vervoerder. De vervoerder komt de mest ophalen en ontvangt hiervoor een geldig mestafzetdocument dat minder oud dan één maand is. Uiteraard kan deze vervoerder niet weten of dat dan correct is of niet. Bij controle wordt deze echter ook mee geviseerd en wordt de transporteur ook boetes opgelegd.

Daarom heb ik toch een aantal vragen over de problemen die mij bereiken.

Is de problematiek inzake de geldigheid van het MAD u bekend?

Hoe evalueert u de handhavingspraktijk van de VLM op dat vlak? Wordt hierbij voldoende rekening gehouden met de technische beperkingen en uitvoerbaarheid voor landbouwers en transporteurs?

Beschikt uw administratie over cijfers met betrekking tot het aantal controles, vastgestelde inbreuken en opgelegde sancties in het kader van die mestafzetdocumentcontroles? Zo ja, kunt u deze meedelen per jaar sinds 2020? Dat mag uiteraard ook schriftelijk.

Bent u bereid werk te maken van snellere analysemethodes of een aanpassing van de regelgeving, met uiteraard de nodige vereenvoudiging en geen zwaardere regels, die vooral de rechtszekerheid en werkbaarheid voor het terrein verhoogt?

Kan er werk worden gemaakt van een evaluatie van het handhavingskader, samen met sectorpartijen en de Vlaamse Hoge Handhavingsraad voor Ruimte en Milieu (VHRM)? Ik stel u die vraag vanwege de berichten die mij bereiken.

De voorzitter

Minister Brouns heeft het woord.

Minister Jo Brouns

Ook voor de landbouwers is een correcte inschatting van de samenstelling van de afgevoerde mest essentieel om oordeelkundig te kunnen bemesten. Landbouwers bemesten namelijk in functie van de plantengroei en willen daarbij mogelijke uitspoeling van nutriënten maximaal voorkomen. Daarom is het nemen van meststalen aangewezen. Om de kosten daarvan enigszins in te perken, zijn systemen ontworpen waarbij de landbouwer, waar aangenomen kan worden dat de mestsamenstelling stabiel is, langer gebruikmaken van éénzelfde staal, of zelfs terugvallen op een forfaitaire waarde.

De landbouwer kent zijn bedrijfssituatie het best en wordt aangeraden om, indien hij vermoedt dat de mest in opslag niet langer overeenkomt met de bestaande analyse, proactief nieuwe staalnames te laten uitvoeren voor het verstrijken van de geldigheidsduur. Door het uitvoeren van periodieke staalnames, verkrijgen de betrokken partijen een beter inzicht in de variaties in mestsamenstelling op bedrijfsniveau. Een mestanalyse is inderdaad maximaal drie maanden geldig vanaf de datum van staalname.

De problematiek van de bestaande variatie in mest is ons echter bekend. Om die reden werkt het opvolgingsorgaan, met daarin dus de verschillende milieu- en landbouworganisaties, aan een aanpak die een goed evenwicht kan vinden tussen voldoende inzicht in de variatie van de mestsamenstelling enerzijds en de landbouwers niet nodeloos op kosten jaagt anderzijds.

U vroeg naar cijfers wat betreft het aantal controles en inbreuken. Er worden mestafzetdocumenten administratief gecontroleerd en ook via terreincontroles. De precieze cijfers lijken me eerder voorwerp van een schriftelijke vraag. Ik kan u al meegeven dat zowel op de terreincontroles als de administratieve controles het percentage aan inbreuken eerder laag is. Dan spreken we over 1 à 2 procent.

Het klopt inderdaad dat de VLM streng toekijkt op mesttransporten en mestverwerkers. Dit gebeurt op vraag van dit parlement via het Mestdecreet, zoals u weet. Daarbij vraag ik wel ook rekening te houden met de technische beperkingen voor de landbouwers, de transporteurs en de mestverwerkers natuurlijk. Om de papieren werkelijkheid en de feiten sterker op elkaar af te stemmen, heb ik dan ook aan het opvolgingsorgaan de vraag gesteld om te bekijken hoe de mestsamenstelling beter opgevolgd zou kunnen worden.

Wat betreft uw vraag omtrent de evaluatie van de handhavingspraktijken in samenwerking met de Hoge Raad voor Handhaving: dat neem ik graag verder op met de mestbank.

Snellere analysemethodes, tenslotte, zijn wetenschappelijk beschikbaar, maar niet steeds praktijkrijp. Mijn administratie heeft samen met de Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek (VITO) twee snelle analysemethodes getest, namelijk analyse via de near-infrared technology (NIR) en via de nucleaire magnetische resonantie (NMR) getest. Vooral de NMR-methode is veelbelovend en zal worden opgenomen in het compendium dat de analysemethodes voor mest bepaalt. Eens dat gebeurd is, kan dit in de praktijk toegepast worden.

De voorzitter

Mevrouw Verhaert heeft het woord.

Marianne Verhaert (Open Vld)

Ik ben blij dat u zegt dat er volop aan gewerkt wordt en dat de problematiek bekend is, en ook dat er aan de snellere controles gewerkt wordt. Ik wil de cijfers zeker schriftelijk opvragen, het ging om 1 à 2 procent inbreuken? (Opmerkingen van minister Jo Brouns)

Ik zal ze zeker schriftelijk opvragen.

Enerzijds benoemt u het als een probleem en ben ik blij dat u ermee aan de slag gaat, maar ik ben toch heel benieuwd naar die cijfers en de manier waarop er gehandhaafd wordt. 

De voorzitter

De heer Pieters heeft het woord.

Andy Pieters (N-VA)

Collega’s, handhaving is en blijft natuurlijk belangrijk. We kunnen landbouwers niet wijsmaken dat het ooit zonder handhaving zal gaan, maar het moet weliswaar proportioneel zijn. Ook innovatie moet een kans krijgen. In dat kader heb ik nog twee vragen voor u, minister.

Er is een openbaar onderzoek gestart voor het zevende Mestactieplan (MAP 7). Daarin lees ik dat u versterkt gaat handhaven als het gaat over de beschermingsstroken. Enerzijds op het terrein, maar anderzijds ook vanuit de lucht. Daarin kondigt u aan dat het Europese satellietnetwerk onvoldoende nauwkeurig is om de aanwezigheid van beschermingsstroken te detecteren, maar dat u nauwkeurig en gebiedsdekkend beeldmateriaal zult aankopen en verwerken om controles op die manier uit te voeren. Mijn vraag is of dat al gebeurd is. Is dat proces al opgestart? 

En aangezien ik het over MAP 7 heb: het openbaar onderzoek is ondertussen afgelopen en de resultaten worden verwerkt. Hebt u een indicatie over hoeveel inspraakreacties er zijn binnengekomen?

De voorzitter

Minister Brouns heeft het woord.

Minister Jo Brouns

Ik kan de percentages nasturen. De inbreuken liggen ongeveer tussen 1 en 2 procent.

De vragen van collega Pieters moet ik ook nasturen. Die ken ik niet vanbuiten.

De voorzitter

De vraag om uitleg is afgehandeld.

 

 


  Nieuwsflash
 
Handhaving van de mestwetgeving Lees meer
 
 
Ontbossing en de opmaak van een boskansenkaart Lees meer
 
 
Afbouw van de varkensstapel Lees meer
 
 
Activiteitenverslag 2024 van het Vlaams LandbouwinvesteringsfondsLees meer
 
 
Mogelijke verschuiving van middelen voor plattelandsontwikkeling naar crisisbetalingenLees meer
 
 
Evaluatie en bijsturing van de brede weersverzekering Lees meer
 
 
Hans Bruyninckx IS opdrachthouder voor stroomgebiedbeheerplannen 2028–2033 Lees meer
 
 
Waarom zijn en blijven de aardappelprijzen laag?Lees meer