Onder meer pasta, gevogelte, dierenvoeding en (zonnebloem)olie worden in Frankrijk vanaf volgende maand goedkoper. De Franse minister van Economie Bruno Le Maire heeft daarover afspraken gemaakt met 75 grote voedingsbedrijven, verklaarde hij eind vorige week tegen de Franse nieuwszender BFMTV. Volgens Le Maire zijn er prijsverlagingen in de maak voor ‘honderden voedingsproducten’, al wordt zeker niet alles goedkoper. Door de blijvend hoge productiekosten moeten bijvoorbeeld de producenten van melk en rundvlees hun prijzen niet verlagen.
Welke voedingsproducten in Frankrijk wel goedkoper worden, moet later deze week duidelijk worden. Dan maakt Le Maire een gedetailleerde lijst bekend. Het zou gaan om prijsverlagingen van ‘2, 3, 5 tot wel 10 procent’.
Publieke schandpaal
Welke voedingsconcerns door Parijs concreet mee in het bad worden getrokken, is onduidelijk. Het zou gaan om de grootste producenten van het land, die samen 80 procent van alle voeding maken die de Fransen consumeren. Er zullen controles plaatsvinden en sancties genomen worden tegen bedrijven die zich niet aan de regels houden. ‘Als een van die multinationals het spel niet meespeelt, zal zijn naam publiek worden onthuld’, dreigt Le Maire. ‘Vertrouwen is goed, controles zijn beter.’ En als dat niet helpt, waarschuwt de minister zelfs voor een belasting op overwinsten in de voedingssector.
Unilever is een van de weinige voedingsconcerns die al op de aankondiging durfden te reageren. ‘We zijn inderdaad in gesprek met het ministerie en alle betrokkenen, waaronder ook winkelketens, om te achterhalen wat de beste manier is om de koopkracht van de Fransen te dienen in de context van de hoge inflatie’, verklaarde een woordvoerder aan Reuters. Andere grote voedingsconcerns weigeren voorlopig alle commentaar.
Niet in België
De Franse maatregelen hangen al een tijdje in de lucht. In mei was het voedsel in de winkelrekken daar gemiddeld 14 procent duurder dan een jaar geleden. Onze zuiderburen zijn ook niet de eerste in Europa die ingrijpen in de voedselprijzen. Hongarije en Kroatië, twee landen waar de voedselinflatie nog (veel) hoger spurtte, gingen eerder nog een stap verder. Daar legde de staat verplichte prijsverlagingen op aan supermarktketens voor bepaalde basisproducten.
Ook in België lag de inflatie in mei met 5,2 procent nog altijd relatief hoog, met de voedselprijzen (+15,5 procent) als grote aanjager, ondanks het feit dat de energieprijzen en de prijzen van vele voedingsgrondstoffen vandaag veel lager liggen dan een jaar geleden. Toch lijkt overheidsingrijpen zoals in Frankrijk of Hongarije hier vooralsnog niet aan de orde.
Misschien is dat niet eens nodig. Onder druk van overheden en de publieke opinie – waarin ‘graaiflatie’ sinds kort een begrip is geworden – lijken sommige supermarktketens uit eigen beweging in te binden. Zo kondigde Aldi eind vorige week aan de prijzen van 50 producten in Duitsland spontaan te zullen verlagen. De Britse supermarktketen Waitrose kondigde maandag hetzelfde aan voor liefst 200 voedingsproducten.
Volgens financiële analisten zit het echte probleem nochtans niet bij de supermarkten. Integendeel, door loonstijgingen en doordat ze soms langdurige leveringscontracten hebben afgesloten tijdens de piek van de inflatie, blijft de bruto winstmarge (ebitda) van ketens zoals Carrefour of Ahold Delhaize ook dit jaar wellicht hangen tussen 4 en 8 procent. Dat is een fractie van de 20 à 25 procent operationele winstmarge die grote voedingsconcerns als Unilever of Nestlé nog altijd opstrijken.
Korting en huismerken
Het is dan ook niet verwonderlijk dat de Franse regering vooral de grote multinationals zoals Unilever of Coca-Cola onder druk zet. Daar zit de echte pricing power: het vermogen om hogere kosten door te rekenen aan de klant zonder marktaandeel te verliezen. Zolang de voedingsprijzen bij dat soort spelers niet zakken of op zijn minst stabiliseren, zal de consument ook de prijzen in de winkelrekken weinig of niet zien dalen.
Kraft Heinz en Unilever bijvoorbeeld trokken hun prijzen in het eerste kwartaal opnieuw met gemiddeld 10 procent op, meldt Reuters maandag. Dat is minder dan voorheen, maar nog altijd een forse verhoging. Voorlopig ziet alleen een groeiende groep beleggers daarin het begin van het einde van de voedselinflatie.
Voor de consument buiten Frankrijk lijkt dat einde nog niet in zicht. Wie daar vandaag wil besparen op zijn aankoopbudget, kan maar één ding doen: overschakelen op goedkope huismerken en zo veel mogelijk voeding kopen tegen grote kortingen.