Eind 2018 publiceerde het Vlaams Coördinatiecentrum Mestverwerking vzw de Code Goede Praktijk 'Verkrijgen van betrouwbare en stabiele effluentsamenstelling na biologische verwerking van mest'. Deze Code Goede Praktijk werd ook voorgesteld door VCM vzw op informatievergaderingen van VLM op 1 en 2 april 2019. Deze Code Goede Praktijk werd opgemaakt door VCM vzw in opdracht van VLM Mestbank en geeft tips en aanbevelingen om afwijkingen tussen de inhoudswaarden van effluent, het product van biologische verwerking van de dunne fractie van dierlijke mest, op de vervoersdocumenten en de waarden bepaald bij controle door de Dienst Handhaving van VLM, te voorkomen.
Deze Code Goede Praktijk kreeg in december een update op basis van gegevens van de VLM Mestbank van 2018-2020
De aanbevelingen in deze Code Goede Praktijk zijn gelinkt aan factoren die een belangrijke invloed hebben op het verkrijgen van een betrouwbare en stabiele effluentsamenstelling:
- Belang van de verblijftijd;
- Opvolging en bewustzijn rond het omslagpunt van helder effluent zonder slib naar een troebel mengsel met slib;
- Er moet ten allen tijde een representatief staal van het af te voeren product (helder effluent, mengsel effluent en of zuiver slib) genomen worden en het product moet onder de juiste mestcode afgevoerd worden;
- Belang van een goede bezinking;
- Positie van het aanzuigpunt in de opslag;
- Mengen van het effluentbassin;
- Eventuele verdere verwerking van het effluent.
Steeds meer uitbaters zetten in op dit laatste punt, namelijk de verdere verwerking van het slib-effluent mengsel na biologische mestverwerking.
Begin 2022 zal VCM vzw daarom een overzicht publiceren van slibbehandelingstechnieken (zoals doorgedreven scheiding met polymeren), die resulteren in een stabielere en betrouwbaardere effluentsamenstelling, op basis van praktijkervaringen.
Momenteel wordt er ook heel wat onderzoek uitgevoerd naar de mogelijkheden om loosbaar en herbruikbaar water te produceren uit effluent (via omgekeerde osmosetechnologieën of constructed wetlands). Aan het hergebruik van dit gezuiverd effluent zijn nog een aantal knelpunten verbonden, die VCM en zijn leden willen aanpakken in de Werkgroep Effluent en in de EIP Operationele Groep HIATUS. In de Werkgroep Effluent maakt VCM samen met zijn leden een nota op rond knelpunten bij het hergebruik van (gezuiverd) effluent, zodat deze doelgericht aangepakt kunnen worden. De definitieve versie van deze nota zal in 2022 gepubliceerd worden. De Operationele Groep HIATUS zal de toepassingsmogelijkheden en het veilig gebruik van gezuiverd effluent als bron voor irrigatie en als waswater in luchtwassers demonstreren.
De aanbevelingen in de Code Goede Praktijk 'Verkrijgen van betrouwbare en stabiele effluentsamenstelling na biologische verwerking van mest' worden ook mee opgenomen in een Code Goede Praktijk Mestverwerking, gelinkt aan de autocontrolegids die VCM vzw ontwikkelt. Het Vlaams Coördinatiecentrum Mestverwerking vzw kreeg immers van VLM een opdracht toegewezen voor de uitwerking van een autocontrolegids zodat uitbaters van mestverwerkingsinstallaties via een autocontrolesysteem op het eigen bedrijf aan alle relevante wettelijke vereisten kunnen voldoen en waarin de goede praktijken voor mestverwerking voorop gesteld worden.