|
Steak zonder koe
Het is de heilige graal van iedereen die met vleesvervangers aan de slag is: een sappige biefstuk zonder vlees. Maar mét die typische textuur en dezelfde smaak. Carrefour pakt nu uit met een steak waar geen koe aan te pas kwam. Te straf om waar te zijn? Wij deden de test.
Het Nieuwsblad.
|
Je vindt ze tegenwoordig in bijna elke supermarkt: vleesvervangers. Denk aan hamburgers, of allerlei gepaneerde producten. Maar een vleesloze biefstuk met dezelfde smaak én textuur? Neen, tot voor kort leek dat een ongrijpbaar doel. Tot voor kort, want Carrefour pakt nu uit met de Vivera-steak, een Nederlands product dat volgens de winkelketen het échte werk is.
De nep-biefstuk bestaat uit een lapje van 100 gram op basis van soja- en tarwe-eiwit dat met behulp van rode bietensap alleen al qua uitzicht fel op een mooi rosé gebakken steak lijkt. Twee jaar hadden ze nodig om zowel de sappigheid als de structuur op punt te krijgen.
Vooral flexitariërs moeten er straks door verleid worden. “Zij die af en toe ook vlees eten. Echte vegetariërs zitten misschien niet te wachten op een kopie van een steak”, klinkt het bij Carrefour.
Koen Aneca, een vegetariër die in zijn vroegere Gentse frituur De Frietketel ook veggieburgers ontwikkelde, is benieuwd naar de nepsteak. “Al acht jaar eet ik geen vlees meer. Al acht jaar mis ik een lekkere biefstuk.” Of deze steak een eind maakt aan dat gemis? “Voor je hem bakt, ziet het er wel niet uit als een steak”, aldus Aneca. “En qua geur zitten we er tijdens het bakken nog ietsje naast. Maar eenmaal uit de pan, is het een fenomenaal product. Precies alsof je vlees snijdt. En jawel, er loopt sap uit. Eten doe je met je ogen, dat deel van het verhaal is alvast in orde.”
De smaak en het mondgevoel? “Het is geen steak, maar zo dicht zaten we nog nooit. Qua smaak en qua bite. Het is de eerste keer in acht jaar tijd dat ik denk: dit is er bijna boenk op.”
Ook onze culinaire reporter en vleesliefhebber Chris Snick zette zijn tanden in de steak. “Straf. Zeer straf zelfs. Het is natuurlijk geen filet pur. Of geen lekkere entrecote. Maar ik at wel al échte steaks in bedrijfsrestaurants of als dagschotel in één of andere brasserie, die me veel minder smaakten. Zo’n typische taaie minderwaardige homp vlees waarvan het zonde is dat er een koetje voor moest sterven. Hiervoor moest er geen koetje dood en heb je een beter resultaat én de indruk dat je vlees eet. Serveer dit in een simpel restaurantje met een lekkere pepersaus, wat kropsla en een goed gebakken frietje met verse mayo, en er zullen klanten zijn die niets in de gaten hebben.”
|
|