Hij rekende 5 scenario's door voor 10 intensieve en 9 extensieve bedrijven, bij investeringen die variëren van 250.000 tot 500.000 euro. Geen enkele melkveehouder verdient zijn investering binnen de 5 jaar terug. Slechts 2 bedrijven zijn in staat een installatie binnen 10 jaar terug te verdienen.
Haveman keek onder andere naar de hoogte van de SDE+-subsidie, de prijzen om groen gas of stroom af te zetten en de investering die voor een installatie nodig is. Verder bepalen ook technische aspecten en het vakmanschap van de ondernemer het rendement. In het eerste scenario keek de student naar de impact van lagere investeringskosten voor een monovergister. Daardoor daalt de terugverdientijd, maar onder de 10 jaar komt deze slechts bij enkele bedrijven.
Ook bij het verhogen van de SDE-subsidie met 5 of 7,5 cent per kilowattuur daalt de terugverdientijd bij 4 van de 10 intensieve bedrijven naar minder dan 10 jaar. Dit effect is groter bij een installatie die het biogas omzet naar groen gas. In het derde scenario werd gekeken naar het effect van het toevoegen van 5 of 10% co-producten. Ook hierbij daalt de terugverdientijd tot rond de 10 jaar en is het effect het grootste bij de groengas installaties. Het hangt daarnaast af van de prijs die voor het co-product betaald moet worden. Kiezen voor minder weidegang of het continu opstallen van het vee biedt ook weinig voordeel, stelde Haveman vast. De terugverdientijd daalt daarbij nauwelijks.
Daarnaast spelen vakmanschap van de ondernemer en achterblijvende technische resultaten een beperkende rol. Weidegang is in eerste instantie geen bepalende factor en kan gaan samengaan met vergisten op het boerenerf, een maatschappelijke wens. Het proces van mestvergisten binnen de melkveehouderij staat in Nederland in de kinderschoenen. Maatwerk is een vereiste en verbeteringen op financieel en technisch vlak doorvoeren blijkt noodzakelijk.
Ondanks de hobbels is het mest vergisten kansrijk. Tijdens het proces wordt milieuwinst geboekt in de vorm van vermeden emissies. Reststromen kunnen worden gebruikt in het proces en het eindproduct, het digestaat, kan worden afgezet bij onder andere fruittelers en akkerbouwers. Door onderzoek te doen naar de waarde van digestaat en milieuwinst te laten uitbetalen kan een toekomstbestendig concept worden ontwikkeld. Momenteel is monomestvergisting echter een gewaagde stap.
bron: LTO Noord