Rechtsgrond
Dit besluit is gebaseerd op:
- het decreet van 28 juni 2013 betreffende het landbouw- en visserijbeleid, artikel 4, 10°.
Vormvereisten
De volgende vormvereisten zijn vervuld:
- De Vlaamse minister, bevoegd voor het budgettair beleid, heeft zijn akkoord gegeven op 17 april 2024.
- Het overleg tussen de gewestregeringen en de federale overheid heeft plaatsgevonden op 21 maart 2024, bekrachtigd door de Interministeriële Conferentie voor het Landbouwbeleid op 8 april 2024.
- Er is op 24 april 2024 bij de Raad van State een aanvraag ingediend voor een advies binnen dertig dagen, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973. De Raad van State heeft op 25 april 2024 beslist geen advies te geven (rolnummer 76.245/16), met toepassing van artikel 84, § 5, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973.
Juridisch kader
Dit besluit sluit aan bij de volgende regelgeving:
- verordening (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad van 26 oktober 2016 betreffende beschermende maatregelen tegen plaagorganismen bij planten, tot wijziging van de Verordeningen (EU) nr. 228/2013, (EU) nr. 652/2014 en (EU) nr. 1143/2014 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van de Richtlijnen 69/464/EEG, 74/647/EEG, 93/85/EEG, 98/57/EG, 2000/29/EG, 2006/91/EG en 2007/33/EG van de Raad;
- uitvoeringsverordening (EU) 2019/2072 van de Commissie van 28 november 2019 tot vaststelling van eenvormige voorwaarden voor de uitvoering van Verordening (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad, wat betreft beschermende maatregelen tegen plaagorganismen bij planten, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 690/2008 van de Commissie en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2019 van de Commissie.
Initiatiefnemer
Dit besluit wordt voorgesteld door de Vlaamse minister van Economie, Innovatie, Werk, Sociale Economie en Landbouw.
Na beraadslaging,
DE VLAAMSE REGERING BESLUIT:
Artikel 1. In dit besluit wordt verstaan onder:
1° bacterievuur: Erwinia amylovora (Burrill) Winslow et al., vermeld in bijlage IV van uitvoeringsverordening (EU) 2019/2072 van de Commissie van 28 november 2019 tot vaststelling van eenvormige voorwaarden voor de uitvoering van Verordening (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad, wat betreft beschermende maatregelen tegen plaagorganismen bij planten, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 690/2008 van de Commissie en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2019 van de Commissie;
2° lokale overheden: de lokale overheden, vermeld in artikel I.3, 5°, van het Bestuursdecreet van 7 december 2018.
Art. 2. Om de economische impact van uitbraken van bacterievuur zo beperkt mogelijk te houden, worden de lokale overheden gemachtigd om preventieve maatregelen te nemen tegen de verspreiding van bacterievuur en om die te handhaven met behoud van de toepassing van de van kracht zijnde vigerende regelgeving.
Art. 3. Het Agentschap Landbouw en Zeevisserij dat is opgericht bij het besluit van de Vlaamse Regering van 15 september 2023 tot oprichting van een intern verzelfstandigd agentschap "Landbouw en Zeevisserij" stelt aan de lokale overheden een leidraad ter beschikking met de verschillende stappen die ze kunnen ondernemen om de verspreiding van bacterievuur te beheersen.
Art. 4. De Vlaamse minister, bevoegd voor de landbouw, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 3 mei 2024.
De minister-president van de Vlaamse Regering,
J. JAMBON
De Vlaamse minister van Economie, Innovatie, Werk, Sociale Economie en Landbouw,
J. BROUNS
Links :
http://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article.pl?language=nl&sum_date=2024-07-16&lg_txt=n&numac_search=2024006541
Beeld van het Belgisch Staatsblad (pdf) van 16 juli 2024