Bij nazicht blijken de verschillen tussen de regio’s en de teelten groot te zijn.
Wat de wintergranen betreft, ontsnapt wintergerst grotendeels aan 'de zware opbrengstdrukking'. Toch zijn er in West-Vlaanderen percelen die een derde minder graan hebben geproduceerd dan wat normaal kon verwacht worden.
Verder van de kust bereikt de opbrengst in veel gevallen het normale niveau. De wintergerst was te ver gevorderd om de zware gevolgen van de droogte te moeten ondergaan.
Bij wintertarwe valt er veel meer wisselvalligheid te noteren.
Er zijn percelen van 5.800kg graag/ha, maar ook van 11.000kg.
De verschillen vinden vooral hun oorzaak in de toelevering van vocht gedurende de lastige droogteperiode.
Zandgronden met lage humusgehaltes vallen in Laag-België dikwijls zwaar tegen. Het zal dus noodzakelijk zijn op basis van de bewezen opbrengstcijfers een nauwkeurige financiële oefening te maken per perceel.
Bij de zomergranen is de productie nog wisselvalliger.
De voorjaarsgroenten, zoals erwten en spinazie, lieten een grote schade vaststellen. Op tal van percelen ging twee derden van de normale opbrengst verloren.
Gezien het hier producten voor de veiling of voor de industrie betreft, kan de oefening gemakkelijk en juist gemaakt worden met de afleveringsbonnen in de hand.
Winterkoolzaad vertoont qua verlies veel egaliteit met wintergerst.
Vlas is het meest getroffen gewas met opbrengstdrukkingen van 25% tot 100%.
De vroege aardappelen kregen het in Laag-België hard te verduren. Er zijn percelen die slechts 30% van de normale productie leverden, de beste blijven veelal onder de 70%.
Voor wat de prijsoefening betreft, zal een onderscheid moeten gemaakt worden tussen de contractteelt en de vrije aardappelen. Voor de producent was vroeg verkopen van de vrije productie veruit de beste oplossing.
Silo- en korrelmaïs vertonen al evenveel wisselvalligheid. Percelen die erg te maken hadden met de droogte tonen nu korte planten en kleine kolven. Zowel totale massa als korrelopbrengst kunnen daar bij de oogst een stevige deuk vertonen.
De bewaaraardappelen zullen zich totaal anders laten becijferen. De opbrengst zal schommelen van normaal/hoog tot 65% van de normale verwachting. Aardappelen die voor de regen al veel stress vertoonden, en/of bepaalde rassen (bvb Bintje), gaan dezer dagen versneld afrijpen en zullen aldus een deel van de opbrengst verliezen.
De najaarsgroenten verschillen in aanzienlijke mate al naargelang de bodemstructuur. In doorsnee is daar geen sprake van extra groot verlies.
Wat de najaars/akkerbouwmatige teelten betreft, zoals suikerbietbieten en cichorei, maken deze momenteel een nieuwe doorstart mee. Dit wil geen geenszins zeggen dat nergens schade wordt vastgesteld. Percelen die in de droogteperiode veel plantenverlies leden, en ook de andere die extra droogteverschijnselen vertoonden, zullen alvast minder opbrengen.
Het blijft voorlopig wachten op de oogst om daar een definitief percentage te kunnen opkleven.
Let wel, tussen de laatstgenoemde teelten zitten ook zeer veel toppers.
Luc Busschaert - Landbouwexpert
